nachtwerk

Omdat de meeste mensen ’s nachts slapen, hebben zij geen weet van de aktiviteiten die er ook dan in Nederland allemaal plaats vinden: op wegen, stations, langs het spoor. Het viel mij weer eens op toen ik naar Portugal reisde. Mijn vlucht van de TAP vertrok om 06:15 van Schiphol; mijn reis naar de luchthaven viel tussen 10 uur gisteravond en 4 uur vanmorgen.
Eerst reed ik naar Utrecht om nog een paar uur bij Pieter door te brengen. Bij hem vandaan gaan er immers nachttreinen naar Amsterdam en Schiphol. Dus rond 2 uur stond ik op station Utrecht. Zo druk als het daar en in het aangrenzense Hoog Catharijne overdag is, zo stil is het er snachts. Met nogal wat schoonmaak-, reparatie- en onderhoudswerkzaamheden, die op dat tijdstip geen hinder van de mensenstroom hebben.


De nachttrein zit vol. Ik blijk niet de enige te zijn met vakantieplannen. En, zoals ik al eens eerder had gemerkt, wordt die trein verder bevolkt door feestgangers, meest jonge mensen die het ergens leuk hebben gehad en nu op weg zijn naar huis. Zo hoeft niemand 'de Bob' te zijn.
Ook langs de spoorbaan wordt ’s nachts gewerkt. Af en toe moeten we vaart minderen om een groepje, onder felle lampen arbeidende, railwerkers te passeren.
Vanaf Schiphol vertrekken in de zomermaanden ’s nachts veel chartervluchten. Sommige vertrekhallen zijn dan ook bomvol. Achter de douane, de tax-free-winkels, de restaurants (veel is inmiddels 24 uur per dag open): afgeladen. Het enige verschil met overdag lijkt nog te zijn dat het nu buiten donker is. Een open deur.
Mijn TAP-vlucht naar Lissabon is de eerste die vanaf de B-pier van Schiphol vertrekt: vanaf B13 om precies te zijn. Dus daar kun je wel het spreekwoordelijke kanon afschieten:


Mijn ervaring met die vroege eerste vlucht wordt ook nu weer bewaarheid: nog geen vertraging, het toestel staat al klaar sinds gisteravond, de crew komt uit een dichtbij gelegen hotel, dus we zijn op tijd weg. Drie uur later landen we veilig op Portela, zoals het vliegveld van Lissabon officieel heet.

Ik loop de bekende straat door naar het treinstation, reis met de intercidade naar Pombal en wordt daar opgewacht door Paul en Sean. We doen nog boodschappen bij de supermarkt zodat ik voor de komende dagen eten en drinken in huis heb. En ik schaf een nieuwe brievenbus aan, omdat die er nu hangt lek is waardoor bij regen de post kletsnat wordt. Verder een pot witte verf om de buitenmuren waar dat nodig is bij te tippen.
Op weg naar huis stranden we in Avelar nog bij een antiek- en rommelwinkel waar Paul en Sean regelmatig komen en ik ook al verscheidene malen eerder ben geweest. Ik koop een fauteuil voor in mijn woonkamer, zwart en wit, de kleuren die daar passen, vrij nieuw, en voor maar €50,-


Tegen drieën zijn we dan in Figueiró dos Vinhos; eindelijk weer thuis. Schoonmaken hoeft niet, dat deden mijn kennissen en oud-collega’s Paul en Josephine al die hier heel kort geleden nog twee weken logeerden. Alleen de voortuin ziet er niet uit: overwoekerd met grassen en takken die er niet horen. In mei was ik in staat een deel schoon te maken, totdat de stortregens dat verder verhinderden. Dus dat betekent morgen aan de slag. Maar eerst buiten zitten en buurman Costa begroeten. Ik heb stroopwafels voor hem meegenomen. Typisch Hollands.

Reacties